Venkel

Gebruikte delen:
Zaden; de bladvoeten worden als groente gegeten.

Eigenschappen:
Een ontstekingsremmend, windverdrijvend, urinedrijvend, mild slijmdrijvend kruid, dat de bloedcirculatie en zogafscheiding bevordert.

Venkel is al een cultuurgewas sinds de Romeinse tijd. De plant wordt verbouwd om haar knolvormige stelen, die als groente worden gegeten, terwijl men de geveerde bladeren culinair gebruikt om te kruiden en de zaden voor medicinale doeleinden. De Grieken noemden de plant marathon, welke naam mogelijk is afgeleid van een werkwoord met de betekenis 'slank worden' – het lijkt erop dat ze als een vroeg afslankmiddel gediend heeft. Galenus classificeerde de venkel als heet en droog, terwijl latere schrijvers haar aanbevalen als tegenwicht voor de kou en vochtigheid van vis, of zoals Culpeper het verwoordde: '... voor het verteren van het flegmatische sap, waar vis meer dan rijkelijk is voorziet en het lichaam meer ergert'.
Venkel speelde voorts een rol in de waarzeggerij, en midden in de zomer versierde men er het huis mee om boze geesten te weren.
Tegenwoordig wordt de plant vaak gebruik bij indigestie, windzucht en koliek. Daarnaast wordt ze aan laxeerpreparaten toegevoegd ter verzachting van de helse pijn die sterkere purgeermiddelen kunnen veroorzaken. Venkeltheezakjes zijn alom te koop en geven een goede drank om na de maaltijd de spijsvertering te vergemakkelijken. Venkel is verder een goed mondwater bij tandvleesaandoeningen en keelpijn en wordt soms in kruidentandpasta’s opgenomen. Het kruid is ook een ingrediënt in windverdrijvende drankjes voor baby’s. Als alternatief kunnen borstvoeding gevende moeders echter ook zelf venkelinfusie drinken, zodat de zuigeling zijn geneeskrachtige kruiden binnenkrijgt met zijn dagelijkse melk.
De essentiële olie is overal commercieel te koop en kan toegevoegd worden aan uitwendige smeersels voor bronchiale congestie.