Sla
Gebruikte delen:
Bovengrondse delen.
Eigenschappen:
Een alternatief, pijnstillend digestivum met een mild laxerende en licht kalmerende werking.
Hoewel in de kruidengeneeskunde normaal gesproken de wilde sla wordt gebruikt als een krachtig kalmerend en pijnstillend middel, kennen gecultiveerde variëteiten eveneens een lange geschiedenis van medicinale geschiedenis. Snijsla werd in het oude Egypte verbouwd en was gewijd aan Min, de god van de vruchtbaarheid, vermoedelijk omdat het melkachtige sap ervan gelijkenis met zaad vertoonde. De Assyriërs gebruikten dit melksap, geëxtraheerd uit wilde sla, in apotheken verkocht als 'opiumsla' en op ongeveer dezelfde manier gebruikt als de veel sterkere gelijknamige drug.
Niettegenstaande de Egyptische opvatting beschouwt men het melksap van sla over het algemeen als een anafrodisiacum. In het oude Griekenland noemde men het kruid 'de eunuchsplant'.
De veredelde sla heeft een mildere werking dan haar wilde nichtje, maar kan eveneens dienstdoen als een reinigend, mild laxerend en digestief middel. Het opdienen van sla als eerste gang kan de digestie van zwaardere rondes van de maaltijd stimuleren. Als reinigend middel kan sla nuttig zijn bij verschillende artritische problemen en constipatie. De groente is ook wel gebruikt tegen een pijnlijke menstruatie, levercongestie en een scala van zenuwstoornissen en bovenmatige opwinding (ingegrepen hyperactiviteit bij kinderen).
Van de bladeren kunt u een afkooksel maken (laat ze 30 minuten zacht koken en neem er na de maaltijden een wijnglas van). De hele plant kunt u in de foodprocessor tot moes mixen, waarvan u doses van 10 ml neemt tegen menstruele pijn. Uitwendig is een afkooksel van bladeren geschikt als lotion tegen acne, terwijl de in olijfolie ondergedompelde bladeren eerder aanbevolen zijn tegen puisten en abcessen.